Prachtige gewassen en met de hand uitgekamde alpacalokken. De lokken zijn zwart en hebben wat dikkere haren. Deze lokken geschikt voor naaldvilten. Omdat de lokken wat grover haar hebben, kun je er prachtige manen of een staart mee maken. Het voordeel van deze lokken is, dat de manen en staart een natuurlijke uitstraling hebben, mooi glanzen en na het vastvilten niet gaan klitten. De lokjes zijn tussen de 4 en 9 cm lang. Ik maakte de manen zo. Sorteer de lokjes in dunne plukjes. De bovenste puntjes van de lokjes (de kant die je vastvilt) spuit je in met haarlak, de lokjes krijgen dan meer samenhang. Laat de haarlak drogen. Vilt ze allemaal op dezelfde hoogte vast en breng een laag viltwol aan om de lokjes te fixeren. Sla de lokjes terug en prik een aantal keren in de manenkam om de lokjes naar beneden te laten hangen. Voor de staart neem je een chenilledraadje, leg daar een plukje wol op en windt er een dun plukje zwarte viltwol omheen. Prik de lontwol vast. Ga zo rondom verder tot het chenilledraadje helemaal bedekt is, Om de lokjes te fixeren kun je het stukje lontwol nog inwrijven met een groene zeep oplossing. Laat goed drogen en vilt nogmaals goed vast. Knip daarna het chenilledraadje aan de binnenkant van de staart af. Scroll door de foto’s om afbeeldingen van bovenstaande beschrijving te zien. Op de foto met de weegschaal kun je zien hoeveel 10 gram is..